De discussie over de winkeltijdenwet heeft in de mailbox van het Magazine een tijdje stevig door gewoed. Zoals een brievenschrijver terecht opmerkte, lopen bij deze discussie een aantal zaken door elkaar. De belangrijkste punten:

  • Is de koopzondag slecht voor de kleine buurtwinkelier of niet? Dat GroenLinks meer heeft met kleine winkels dan met grote supermarktketens staat – als een van de weinige punten – buiten kijf.
  • Zijn ruimere openingstijden minder duurzaam? Is het tegenhouden van de koopzondag überhaupt een goed instrument om duurzaamheid te bevorderen?
  • Hoe belangrijk is het hebben van een rustpunt in de week?
  • De heilige graal: keuzevrijheid. Mag je die belemmeren?                                             

Kleine winkeliers

Niet alleen zijn we het op alle deelvragen inhoudelijk oneens; ook over de feiten bestaat geen overeenstemming. Is de koopzondag nu slecht voor kleine winkels of niet? Jochem Lesparre vraagt het zich af. 'Als een kleine zelfstandige winkel het moeilijker krijgt bij verruimde openingstijden is er iets mis met die winkel. Blijkbaar trekt die winkel alleen klanten door de locatie, maar biedt deze verder onvoldoende meerwaarde zoals professioneel advies of persoonlijke service.'

Gerda Koert is overtuigd van het tegendeel: 'Als ervaringsdeskundige, meer dan tien jaar winkelier geweest, ben ik het er volledig mee eens dat de zondagsopening funest is voor de kleine zelfstandige winkelier.'

Tjark Reininga betreurt het dat 'het speelveld dat met de paarse verruiming voor de ondernemers principieel veranderde, veel te weinig aandacht krijgt. Er wordt nauwelijks rekening gehouden met schaalgrootte. Winkels zijn ondernemingen en alle ondernemingen zijn gelijk, is doorgaans de fictie. Maar warenhuis en grootwinkelbedrijf hebben zodanig fundamenteel andere belangen dan zelfstandige winkeliers, dat van evenwichtige concurrentie geen sprake is. Schaalvoordelen en de mogelijkheid onderbetaalde krachten op nulurencontracten in te zetten, maken een extra uur winkelopening voor de beide eerstgenoemde groepen goedkoper dan voor de zelfstandige.' Kortom: de positie van de werknemers verdient meer aandacht.

Duurzaam

En is een dag niet kunnen winkelen eigenlijk wel duurzamer? 'Betere spreiding voelt intuïtief duurzamer', zegt John Burger. 'Denk aan verkeerschaos op piektijden, wachttijden, aansluiting op werk etc. Ook kun je lokaal blijven als de winkels in jouw dorp open zijn. Even een stuk kaas om de hoek halen in plaats van dertig kilometer verderop met de auto.'

Daarentegen vindt John Steegh de spreiding van de drukte in de binnenstad over een dag extra 'een echt kulargument. Zie de drukte op zaterdagmiddag bij de parkeergarages in steden waar veel winkels wegens 'toeristisch gebied' nu al op zondag 'open zijn.'

Er zijn andere instrumenten die beter werken tegen doorgeschoten consumentisme, vult Richard Keijzer aan. 'Bijvoorbeeld hogere belasting op consumptie en lagere op arbeid.' 'We moeten niet tegen de markt zijn, we moeten de vraag, het koopgedrag en het aanbod verduurzamen', zegt Arthur ten Wolde. 'Of en hoe vaak er koopzondagen zijn doet niet ter zake', vindt H. Anderson. 'Kernvraag voor GroenLinks komt uiteindelijk neer op het maken van verantwoorde keuzes: hoe duurzaam zijn de producten die je koopt, geproduceerd?'

Rust

Veel mensen benadrukken het belang van een rustpunt in de week. Wees blij met een dagje minder verkeer en minder jachtigheid, vindt Annemiek Lelijveld. De politiek wordt daarbij regelmatig een rol toebedeeld. Piet Hamelink wil graag een dag rust in het consumptiegedrag en bewust omgaan met tijd, 'en daaraan ook in de politiek richting geven'.

Groei is niet hetzelfde als kwaliteit van het leven verbeteren, zegt Koos Keus. 'Onthaasten was ooit een kreet, je niet laten opjagen. Durf als partij dan te zeggen: genoeg is genoeg.' Een rustdag is nodig om de wereld niet tot een gekkenhuis te laten verworden, vindt Henk Nusselder. 'Als Mozes zo'n 3500 jaar geleden zo'n dag niet had ingesteld, dan zouden wij als GroenLinks daar nu alsnog voor moeten vechten.'

John Steegh benadrukt het belang van een weekritme 'om een gezonde en ontspannen maatschappij te kunnen zijn'. Hij zegt dat niet uit religieuze overwegingen, want 'de zevendaagse week met een aparte status voor de zevende dag is ouder dan het christendom'. 'Toch is er nog altijd een historisch gegroeide dwang om vrij te zijn op christelijke rust- en feestdagen,' vindt Lineke Roseboom. Dáár wil zij van af. 'Iedereen vrij om te kiezen wanneer hij werken wil en wanneer hij rusten wil.'

Vrijheid

Waar vele brievenschrijvers vooral op hameren is: niet verbieden! Tanja Majchrzak vindt 'het idee dat je mensen moet opvoeden, dat je hen beperkingen moet opleggen, niet meer van deze tijd. Trouwens, verbieden stuit me hoe dan ook ernstig tegen de borst!' De zondagsopening kan voor eenmanszaken een te grote belasting zijn, geeft ze toe. 'Maar die winkelier kan zondag open zijn, of niet. Het is geen verplichting, maar een keuze. Het kernpunt is keuzevrijheid! Van de consument én van de winkelier. Die moet niet door de overheid (kunstmatig) beperkt worden met winkelsluitingswetten en openingstijdenwetten.'

Wat nou vrijheid, vindt Madelon Govaars. 'Vrijheid is geen gedwongen openstelling van kleine winkels, die anders helemaal de boot gaan missen, winkels die GroenLinks zou moeten koesteren.' 'De vrijheid van de een is vaak de onvrijheid van een ander', beaamt Marc Vintges. 'Het argument dat ieder vrij moet zijn om zelf te bepalen hoe de zondag in te vullen, snijdt weinig hout', vindt Henk Nusselder. 'Dat het iemand anders zijn vrijheid juist ontneemt, haalt het helemaal onderuit.'

Hij voegt eraan toe: 'Dat er bij recreatie, waarvoor de zondag bedoeld is, ook gewerkt moet worden (en geld verdiend) is natuurlijk onontkoombaar. Dat is trouwens nooit anders geweest. Dominees en kosters weten daarvan mee te praten.'

John Burger leest in de reacties van anderen veel afkeer. 'Afkeer van het heden, van de keuzes die andere mensen willen maken, van winkelen voor de lol, of omdat het kan. GroenLinks zou moeten willen verleiden tot duurzaamheid, met duurzaamheid als wenkend perspectief. Niet ingrijpen op het niveau van de individuele mens, door afpakken en vingerwijzen, maar vooral ook goed naar het systeemniveau blijven kijken.'

Vechten tegen de bierkaai?

Een veelgehoord argument in deze discussie is dat je de 24/7-economie toch niet meer kunt tegenhouden. Dus waarom zou je het dan nog proberen? Marian van Leeuwen vindt het afdwingen van kleinschaligheid 'niet reëel in deze tijd'. Amelie Veenstra wil leven in een kosmopolitisch land – of stad – en roept hartstochtelijk uit: 'Een paars godsgeschenk! Neem mij dat niet af! Stop de vertrutting!'

'In het huidige bestel is de strijd tussen groot- en kleinwinkelbedrijf wel zo'n beetje gestreden', zegt John Burger. 'En dat is niet te repareren via een dichte zondag. Als je het winkelbedrijf als volcontinubedrijf ziet – en in deze tijd is dat de enige manier – dan is concurreren zonder personeel om de winkel volcontinu open te houden simpelweg op termijn niet mogelijk. Vergeet niet dat het winkelbedrijf in zijn huidige vorm – met fysieke winkel, open op zeer beperkte tijden – al steeds minder concurrerend is met veel internetbedrijven.' 'Of je het nou wil of niet, we leven in een 24/7-economie', zegt Tanja Majchrzak. 'We leven niet afgesloten op een eiland en moeten ons ook niet als zodanig opstellen!'

Voor Lilian Radder zijn internetbedrijven juist een argument tegen ruimere winkeltijden: 'Als je echt wat nodig hebt, is er genoeg mogelijkheid online. Dat is een stuk minder vervuilend!' Paulus Oerlemans kiest in zijn opiniestuk in het februarinummer van het Magazine voor de principiële lijn. Hij voorspelt dat een meerderheid van zijn raad op termijn zal kiezen voor koopzondagen, en dat de verruimde winkeltijden er dus zullen komen. Maar, besluit hij, 'ik wil daar als GroenLinkser niet verantwoordelijk voor zijn. Er is geen automatisme dat mij dwingt daarin mee te gaan.'