Column Andrée van Es

Een vlammend ’J’accuse‘ was het beeld dat ik zelf vaak voor ogen had, als ik weer het spreekgestoelte beklom in de Tweede Kamer om een minderheidsstandpunt te verwoorden over bijvoorbeeld het vluchtelingenbeleid. J’accuse heette de bijeenkomst op 4 mei, na de Nationale herdenking op de Dam, die in de zeventiger en tachtiger jaren plaatsvond in een zaal van hotel en toen nog zalenverhuurder Krasnapolsky aan diezelfde Dam. Tijdens die bijeenkomsten werd ernstig een actuele dictatuur in de wereld of een misstand gefileerd, als om te benadrukken dat met het eindigen van de Tweede Wereldoorlog het onrecht of het dreigende fascisme niet was verslagen. In de persoon van initiatiefnemer H. Wielek werd als het ware het vuur van de soms roepende in de woestijn zeventig jaar na dato brandend gehouden.

De titel was namelijk geleend van de Franse schrijver Emile Zola. J’accuse, ‘Ik beschuldig’, was de titel van zijn beroemd geworden open brief die op 13 januari 1898 in de Franse krant l’Aurore verscheen. Daarin spreekt Zola zich in felle bewoordingen uit tegen de verbanning van kapitein Alfred Dreyfus naar Duivelseiland wegens hoogverraad. Dreyfus was Joods, en proces en verbanning waren onmiskenbaar uitdrukking van het diep gewortelde antisemitisme in de Franse staat en samenleving. J’accuse maakte de  tongen los  over normen, waarden, recht en onrecht in de Franse samenleving. Zola werd veroordeeld voor laster, op den duur werd aan Dreyfus gratie verleend.

Vrolijk is anders.

Bij nader inzien kan het dan ook niet anders dan dat het ‘vrolijk rechts’ van Wij Nederland zich afzet tegen ‘somber links’, het deel van het politieke spectrum waar niemand ooit tevreden is, waar altijd de problemen worden uitvergroot en waar nooit tijd is voor eenvoudige ontspanning. Het is de angst voor een al te somber imago dat politici ertoe brengt zich energiek op de fiets of anderszins te laten filmen of fotograferen, vooral lachend.

Het heeft iets dreigends, vrolijk rechts en dat zal de bedoeling ook zijn. Het vrolijke krijgt iets grimmigs, een beetje maskerachtig. Geen masker dat ik op zou willen zetten voor de optimistische beeldvorming. Zwaarmoedig links: het zal geen stemmen trekken, maar een geuzentitel vind ik het wel.