Stijgende arbeidskosten

Voor zover daar intelligent over wordt nagedacht, is men het er over eens dat we ons in Nederland in een onmogelijke positie hebben gebracht door de factor arbeid in het productieproces veel te duur te maken. Het gevolg is dat bedrijven die kwalitatief hoogwaardige arbeid in stand proberen te houden uit de markt worden gedrukt door de grote, op aandeelhouderswaarde gerichte bedrijven die arbeid goedkoop maken door hem inhoudelijk uit te kleden en zoveel mogelijk arbeidsplaatsen uit het productieproces te elimineren.

De belangrijkste factor die in Nederland arbeid te duur maakt, is het feit dat we ons staatsapparaat voor het belangrijkste deel financieren uit een belasting op arbeid. Er wordt dan ook vaak voor gepleit om de loonbelasting te verlagen. De overheid ziet daar niet of nauwelijks kans toe omdat de er steeds meer eisen aan de staat worden gesteld en die eisen ook steeds meer geld kosten. 

Het maar doorgaan van het stellen van eisen aan de staat, of daartegenover het maar doorgaan van het stellen van de eis dat de staat zijn uitgaven omlaag brengt is daarom zinloos, zolang er geen structurele voorstellen worden gedaan om óf een andere bron van inkomsten voor de staat te creëren, óf een geloofwaardig pad voor het verlagen van staatsuitgaven te schetsen.

Een belasting op boetes

Het voorstel voor een nieuwe belasting op overtredingen verenigt beide benaderingen in zich. De staat kan gezien worden als het geheel van collectieve afspraken met de middelen om die afspraken tot stand te doen komen en te doen naleven. In die laatste drie woorden 'te doen naleven' liggen vaak de grootste kosten verborgen. Elke regel die wij met elkaar afspreken veroorzaakt een lichaam dat toeziet op de naleving, dat overtreders betrapt en straft. De straf is vooral gericht op:

  • het voldoen aan de maatschappelijke behoefte aan vergelding en verzoening;
  • de afschrikking of het voorkomen van recidive; en
  • (soms) schadevergoeding.(1)

In dit voorstel wordt op de straf een belastingcomponent geplaatst die in stappen toewerkt naar de situatie dat de totale kosten voor de staat om de naleving in stand te houden en de (maatschappelijke) schade, veroorzaakt worden door overtreders worden omgeslagen over de betrapte overtreders door middel van een aan het inkomen gerelateerde boete.(2)

Vaak protesteren overtreders tegen de hoogte van boetes op overtredingen door te suggereren dat boetes 'alleen dienen om de staatskas te spekken'. Een dergelijke visie wordt gebruikt als populistisch argument om boetes te verlagen.(3)  Dit argument klopt natuurlijk niet. Omdat er namelijk niets op tegen is als de staatskas wordt gevuld door juist de overtreders die de kosten veroorzaken die de staat moet maken.

Door structureel de belasting op strafbaar gedrag te introduceren kunnen we twee dingen bereiken:

  1. De strafcomponent, dat wil zeggen de boete die opgelegd wordt door de agent, kan in overeenstemming worden gebracht met het volksempfinden, zodat de dienstdoende politie mensen niet langer worden aangevallen. De ter plekke uitgeschreven boete kan dus iets omlaag;
  2. De belastingcomponent, geïnd na afloop van het jaar, en berekend over alle overtredingen die zijn begaan, kan openlijk zorgen voor de inkomsten van de staat. Deze kan dan worden gerelateerd aan de veroorzakers van die kosten, zodat aan de eveneens populistische roep om hogere straffen kan worden tegemoetgekomen.

Op deze wijze wordt aan de populistische argumentatie tegemoetgekomen. (Lees: de populistische argumentatie wordt tegen zichzelf gekeerd.) De eveneens populistische roep tot verhoging van straffen wordt daarmee ook direct gekoppeld aan de maatschappelijke schade die overtreders veroorzaken, bijvoorbeeld door die als volg te framen: 'belasting op boete betalen is alleen voor asocialen.' Dit principe moet stapsgewijs worden toegepast op alle overtredingen van snelheidsovertredingen tot milieucriminaliteit.

Toenemend inkomen en dalende kosten

Het voordeel van deze benadering is dat mensen die geen overtredingen begaan er in hun inkomsten aanzienlijk op vooruitgaan omdat er veel minder loonbelasting wordt betaald en dat overtreders hun verhoogde inkomen afstaan om hun eigen bestraffing te betalen.

Eenmaal als overtreder geboekt, heeft de overtreder er vervolgens belang bij dat zoveel mogelijk overtreders gepakt worden omdat immers de kosten voor implementatie van de wet worden omgeslagen over de gepakte overtreders: hoe meer overtreders worden gepakt, hoe lager de kosten per overtreder. Overtreders zullen dus in staat worden gesteld om bij te dragen aan de pakkans.

Het ultieme voordeel van deze benadering is dat, als het gevolg ervan het aantal overtreders af zou nemen, ook de kosten voor de staat afnemen: als, zoals in Singapore, niemand het meer in zijn hoofd haalt om vuil op straat te gooien door de draconische boetes, worden ook de kosten voor het schoonhouden van de stad en het toezicht drastisch lager.

Het gaat hier om de maatschappelijke visie op overtredingen en de gevolgen van een overtreding in het denken van de mensen te laten vloeien met het bewustzijn over straf en boete. Momenteel zijn die twee van elkaar losgekoppeld, zoals het pamflet van de SP (4) jammerlijk aantoont, waardoor het effect van de reactie van de overheid teniet wordt gedaan.

Kortom: de belasting op criminaliteit verlaagt uiteindelijk de staatsuitgaven, voldoet aan de volkswil naar hogere straffen, en zorgt voor maatschappelijk en financieel voordeel voor niet-overtreders, namelijk lagere belastingen. Significant lagere loonkosten maken het dan – als eerste stap – voor bonafide bedrijven weer aantrekkelijk om meer personeel in dienst te nemen. Hiermee wordt echter niet automatisch ook de kwaliteit van de arbeid bevorderd, en daarom moet dit plan worden gezien in een breder kader.

Het in de politieke discussie brengen van deze benadering heeft ook als voordeel dat het publiek leert denken aan grote omvattende, maar ook bevattelijke omwentelingen die de huidige economische impasse zouden kunnen doorbreken. Hierdoor zou de oppositie uit de situatie raken dat hij alleen maar protesteert.

Voetnoten 

1 Zie bijvoorbeeld: J.H.J Verbaan, Straf(proces)recht begrepen, Boom Juridische Uitgevers, 2011, hoofdstuk en Herlé en Oei, Empathie en strafrecht, NJB 80, 2005, p. 1083-1091.

2 Dit soort boetes wordt bijvoorbeeld toegekend in Zwitserland, Finland, Macao: zie Day Fine op Wikipedia.

3 Zie bijvoorbeeld: Agenten over de verhoging van de boetes, Meldweek van de 'Meldkamer' van de SP, 16-24 februari 2012, en De Telegraaf hierover op 5 maart 2012: http://www.telegraaf.nl/watuzegt/21226456/__Politiechef_Vissers_heeft_groot_gelijk__.html.

4 Zie noot 3.