Lahlah heeft zich onderscheiden als pleitbezorger van een overheid die er vanuit vertrouwen en nabijheid voor zorgt dat iedereen kan meedoen. Een gesprek dat Corinne Ellemeet vóór de verkiezingen met haar had is te beluisteren als podcast in de serie Besturen met idealen. Hieronder staat een gedeelte van de tekst.

Wie ben jij?

“Ik ben geboren en getogen in Helmond, als kind van een Marokkaanse vader en een Nederlandse moeder. Dat zijn twee culturen die ik met elkaar verbind en die ik me eigen heb gemaakt. Die onderdeel zijn van wie ik ben. Inmiddels woon ik al meer dan de helft van mijn leven in Tilburg. De stad waar mijn kinderen zijn geboren en getogen.”

Had je als kind al bedacht dat je de politiek in wilde?

“Nee, dat had ik nooit zo bedacht. Als ik terugkijk, zie ik wel wat me altijd al drijft: een samenleving te bouwen waarin we allemaal tot ons recht komen. Dat we het ook echt samen doen. Dat we naar elkaar omkijken en voor elkaar zorgen. Maar eerlijk gezegd heb ik nooit gedacht aan de politiek.”

Werd er vroeger thuis over politiek gesproken?

“Niet veel. Wel in verkiezingstijd, zeker lokaal. Mijn politieke bewustzijn kwam toen ik wat ouder was, in Tilburg. Dat kwam ook vanuit de universiteit en het vrijwilligerswerk dat ik deed. Je komt in aanraking met de gemeente en met verschillende politieke partijen.”

Corinne Ellemeet en Esmah Lahlah
Corinne Ellemeet en Esmah Lahlah

Vaak kan die maatschappelijke betrokkenheid in een gezin de kiem zijn voor politieke interesse…

“Ja, die was er zeker in ons gezin. Vanuit de omstandigheden waarin mijn vader en mijn moeder ieder op hun eigen manier zijn opgegroeid, hebben ze veel armoede gekend. We hebben meegekregen: je neemt je verantwoordelijkheid. Iedereen zit op een bepaalde positie en dat is niet altijd aan je talenten te danken, maar vaak ook aan geluk. En soms hebben mensen pech. Dan zorg je voor elkaar. Dat besef was er duidelijk. Als mijn moeder vroeger brood ging bakken, was dat nooit één brood voor het gezin, maar waren dat er altijd tien. En dan deel je uit. Dat gebeurde in de rest van de straat ook.”

Waar maakte jij je als kind druk om?

“Bij ons thuis is met de paplepel ingegoten dat onderwijs de grote emancipatiemachine is. Dus onderwijs, onderwijs, onderwijs. Alle drie meiden bij ons hebben gestudeerd. Mijn ouders konden dat door omstandigheden allebei niet. Dus die hebben dat er echt ingeramd.

"Ik herinner me dat ik me op de basisschool voor het eerst realiseerde dat niet iedereen het financieel breed heeft. Dat was bij een kindje in de klas met Sinterklaas. Ik vergeet dat gewoon nooit meer. Iedereen nam de dag na Sinterklaas zijn cadeautjes mee, ik had ook iets bedacht wat ik mee zou nemen. En dat kindje in de klas had niks bij zich. Hij zei toen: ‘Ik denk dat ik stout ben geweest.’ Dat raakte me zo. Ik vergeet ook nooit de juf die toen de la van de kast opentrok en een cadeautje tevoorschijn haalde. Ze zei: 'Oh, ik ben het helemaal vergeten, maar Sinterklaas heeft het hier neergelegd, want die kon even het adres niet vinden.'

"En dat gebeurde nog een keer. Dat was met een verjaardagsfeest met dat zelfde kindje. Er was een verjaardagsfeest waar de hele klas voor was uitgenodigd, heel uitzonderlijk. Ik denk dat ik het daarom heb onthouden. Iedereen had wat meegenomen en dat kindje had een tekening gemaakt en een reep chocola meegebracht. En daar werd om gelachen. Maar de moeder van het jarige kindje zei: 'Wauw, wat heb jij tijd gestoken in die tekening, wat een fantastisch mooie tekening en deze chocola is onze lievelingschocola.' Ik denk dat dat de twee dingen waren waardoor ik me realiseerde dat het anders is voor sommigen, dat die het moeilijker hebben. Dat dat me drijft. Hoe zorgen we ervoor dat iemand zich niet hoeft te schamen?”

Je zei ook: er was best wel wat armoede in mijn omgeving, maar er was ook een hele sterke sociale cohesie. Kun je daar wat meer over vertellen?

“Er waren heel veel buurtbewoners die geen werk hadden. Die zaten om drie, vier uur al met de stoeltjes op straat. De kratjes bier kwamen dan tevoorschijn en er werd ontzettend veel gelachen en gekletst en wij speelden dan op straat. Maar je wist ook wel van elkaar wie het moeilijk had. En dan werd er eten gekookt en gedeeld. En als iemand ziek was, dan werden er ook boodschappen gedaan, dan werd er voor elkaar gezorgd. ik heb daar een heel gelukkige jeugd gehad, juist vanwege die sociale cohesie.”

“ Ga naast iemand staan en loop mee zolang dat nodig is ”

Je bent gegrepen door onderwijs en je bent onderzoeker geworden. Hoe ben je tot die keuze gekomen?

“Ik heb kinder- en jeugdpsychologie gestudeerd. Ik wilde me vooral bezighouden met hoe kinderen de talenten die ze hebben kunnen ontwikkelen. Maar ik heb nooit als kinderpsycholoog gewerkt. Ik kwam terecht in het welzijnswerk. Daar komt ook mijn visie vandaan van een betrokken overheid die dicht bij de mensen staat. Ga naast iemand staan en loop mee zolang dat nodig is.

"Ik werd docent bij de social work-opleiding. Ik kreeg daar de mogelijkheid onderzoek te doen naar de oververtegenwoordiging van Marokkaans-Nederlandse jongeren in de jeugdcriminaliteit. Dat was toen veel in het nieuws en de toon was: harde repressie, dat moeten we niet accepteren. Maar als je niet kijkt naar wat de oorzaken zijn, is het dweilen met de kraan open. Dus ik ben gaan zoeken naar wat maakt dat deze groep oververtegenwoordigd is.

"We wisten al dat sociaaleconomische factoren meespelen, maar dat was geen afdoende verklaring. Er was ook het thema kindermishandeling waarvan we toen niet wisten of dat nou meer of minder voorkwam bij Marokkaans-Nederlandse gezinnen. We weten wel dat wanneer je opgroeit in een situatie van geweld, de kans heel groot is dat je later ofwel dat geweld vaker toepast ofwel dat geweld je weer overkomt. Dus ik ben gaan onderzoeken: zou dit een factor zijn?”

podcast Besturen met idealen #3 Esmah Lahlah

Beluister de hele podcast met Esmah Lahlah. Hoe werd ze partijonafhankelijk wethouder en vervolgens lijsttrekker van GroenLinks? Waarom pleit ze voor basisbanen?