Fortuyn wordt vaak beschreven als een populist. Populisten werken in op de emoties en gevoelens van het volk, hebben een flexibel partijprogramma en leiden bewegingen die de zorgen van burgers naar voren brengen in plaats van gestructureerde partijen met ingewikkelde partijprogramma’s. Fortuyn deed precies wat GroenLinks-stemmers liever niet zien: globale voorstellen doen, tussentijds van mening veranderen en altijd onduidelijk blijven over de details. Fortuyn suggereerde een algemene richting van het beleid en daar moest iedereen het dan maar mee doen. 

Kinderpardon

Laten we de proef op de som nemen en kijken of er overeenkomsten bestaan tussen de Fortuyn van toen en het GroenLinks van nu. Het door GroenLinks vurig gewenste kinderpardon is een mooi voorbeeld. Dit wetsvoorstel is ontstaan naar aanleiding van individuele jonge asielzoekers die uitgezet dreigden te worden, waaronder recent Mauro Manuel. Het voorstel regelt dat kinderen die geworteld zijn in Nederland mogen blijven.

De PvdA en de ChristenUnie hebben een wetsvoorstel gemaakt voor de invoering van dit kinderpardon. GroenLinks ondersteunt het voorstel krachtig. De Raad van State oordeelde er vernietigend over. Elsevier kwam met de samenvatting dat het wetsvoorstel oneerlijk, ondoelmatig en overbodig is. Waar Fortuyn zich vroeger weinig aantrok van de bestaande regelgeving, schaart GroenLinks zich tegenwoordig achter een voorstel wat bestuurlijk en juridisch twijfelachtig is.

Steun verwerven

Op de website van GroenLinks wordt prominent gebracht dat Jolande Sap en Tofik Dibi het voorstel steunen, net als een lange rij bekende Nederlanders waaronder Angela Groothuizen, Marco Borsato, Humberto Tan, Patrick Lodiers, Filemon Wesselink en Thomas Acda. Nergens wordt duidelijk wat de motieven zijn van deze sterren om het kinderpardon te steunen, zij werken slechts op de emotie van de burger, net zoals Fortuyn dat tien jaar geleden deed. 

Een filmpje op de website van kinderpardon gaat nog een stap verder. Een kring van kinderen stelt zichzelf voor. Nadat Sterre en Sanne hun naam noemen, horen we ‘namen’ die we uit het immigratiedebat kennen: een noemt zichzelf ‘massa-immigratie’, de ander ‘de ondermijning van de Nederlandse identiteit’ en weer een ander ‘aanzuigende werking. Een jongen ‘is op jullie baan uit’ en een ander ‘kost jullie alleen maar geld’. Ook hier emotie troef, en geen woord over het daadwerkelijke – volgens de Raad van State ondeugdelijke – wetsvoorstel. Precies zoals Fortuyn ook steun voor zijn voorstellen probeerde te krijgen.

Inhoudelijke steun

De steun voor het voorstel voor een kinderpardon komt uit de hoek van de gemeenten. In veel gemeenteraden is een motie aangenomen over het kinderpardon. Zelfs enkele politici van de VVD stemden voor de motie, al was een meerderheid van de VVD-fracties tegen. Het lijkt nu alsof de gemeenteraden het eens zijn met het wetsvoorstel, maar zij geven alleen een globaal signaal af. Het is immers twijfelachtig of de gemeenteraadsleden de moeite hebben genomen de initiatiefwet die zij ondersteunen te lezen.

Begin 2011 stelde Tweede Kamerlid Tofik Dibi nog dat de politiek over het algemene beleid zou moeten gaan en niet over individuele gevallen moet debatteren. Individuen zijn hooguit een illustratie van het beleid, maar geen onderwerp van discussie. Maar bij Mauro veranderde Dibi’s mening plotseling. Hij viel politici aan die zijn standpunt van enkele maanden eerder herhaalden: geen politieke debat over individuele gevallen. Maar de emotie over Mauro was in Nederland toegeslagen, en dus verdwenen principes ten gunste van ‘luisteren naar het volk’.  

Populisme

Het populisme heeft sinds de dood van Fortuyn een vaste plaats in de Nederlandse politiek veroverd. Het gaat niet meer om de kwaliteit van wetsvoorstellen, maar om het oproepen van emoties bij het publiek. Het hebben van vaste meningen is overboord gegooid, want je kunt ze veranderen als het je politiek uitkomt. Vroeger waren dit verwijten die – terecht of niet – Fortuyn troffen, maar vandaag kunnen we dezelfde verwijten maken als GroenLinks zich uitspreekt over het kinderpardon.

Populisme is niet per definitie slecht: soms is het zelfs nuttig. Zonder emotie en met te veel debatten over details begrijpen veel burgers helemaal niets van de politiek. Of de opkomst van het populisme alleen door Fortuyn komt is onzeker, maar tien jaar geleden was het in ieder geval wel een reden om fel te discussiëren over de manier waarop het politieke debat wordt gevoerd. GroenLinks heeft natuurlijk het recht in de richting van Fortuyn op te schuiven, maar de vraag is wel of dit ook bij GroenLinks past. Volgens mij hebben GroenLinks-kiezers andere voorkeuren.